Afdeling rechtvaardigheden

De gebeurtenissen in de afgelopen jaren (Groningen, toeslagenaffaire en coronabeleid) hebben duidelijk gemaakt dat de burger het zich niet kan permitteren om argeloos om te springen met het toekennen van bevoegdheden aan een overheid. Het is in wezen onverantwoord om er blind op te vertrouwen dat de enorme macht die een groep mensen hierdoor krijgt om een publieke taak uit te voeren, altijd goed zal worden gebruikt.

Mensen in overheidsdienst blijven immers mensen en die mensen zijn net als iedereen te paaien. Het is dus verstandig om realistisch te blijven en je te realiseren dat mensen niet heilig zijn en dat een gezond wantrouwen en controle altijd noodzakelijk zijn. 

Om dezelfde reden kun je de controle niet volledig overlaten aan journalisten en Tweede Kamer, je moet ook zelf kunnen controleren of de overheid zich houdt aan afspraken.

Maar wat zijn die afspraken en welke trucendoos kan de overheid uit de kast halen om onrechtmatig beleid te verdoezelen en de burger voor haar karretje te spannen? Lees hierover ook Ik laat me niet voor een karretje spannen.

Op deze site plaatsen we films en achtergrond informatie waarmee u uw recht-vaardigheden kunt opfrissen. Dit doen we door ons rechtssysteem te benaderen vanuit een principieel logisch perspectief en het terug te brengen tot een aantal basis afspraken. Deze benadering geeft ons de mogelijkheid om allereerst op een simpele manier recht van onrecht te scheiden en vervolgens – altijd vreedzame – acties te ondernemen om de overheid te corrigeren op het moment dat ze onrechtmatig handelt.

Als voorbeeld. De overheid is geen natuurverschijnsel, ze ontleent haar macht aan de toestemming die ze krijgt van burgers. Die toestemming kan een burger dus ook weer intrekken. Een manier om dit te doen is om zaken te verbieden (zie hiervoor de site Ik,deburger.nl). Het onrecht zal dan misschien niet direct stoppen, maar de verantwoordelijkheid komt wel meer en meer te liggen bij de echte ‘daders’. 

Het goede nieuws is dat, als je je toestemming intrekt voor het toebrengen van schade aan onschuldige mensen én andere burgers dat ook doen, het karretje uiteindelijk tot stilstand komt.

“Sometime they’ll give a war and nobody will come.”
Carl Sandburg (1878-1967)